vrijdag 31 januari 2014
Oefenen voor tien procent
Ze liet me ook zien hoe je lymfestrengen kunt herkennen. Ik heb er twee die duidelijk zichtbaar zijn. Het lijken wel pezen, maar dan in mijn oksel. Ze masseerde ze een beetje en verlengde ze door ze in een S-vorm te duwen. Zo probeerde ze de strengen te knappen, maar ze zei er al bij dat dat meestal niet lukt. Het deed weinig pijn en ook het knappen zelf zou niet voelbaar zijn. Wel hoorbaar, en dat lijkt me al akelig genoeg, Maar ook met masseren en trainen zou het wel lukken om de pijn en het strak gespannen gevoel te verminderen. Dat stelde me gerust. Ik heb er weer een paar nieuwe oefeningen bijgekregen, waar ik voortvarend mee aan de slag ga.
'Lekker weer naar huis fietsen!' zei ze toen ik mijn wanten en muts weer meenam. Fietsen? Dat mocht ik toch niet? De eerste vier weken was het me verboden, door andere fysiotherapeuten. Deze dame nam het er niet zo nauw mee. Dus ga ik het binnenkort maar weer eens proberen. Ik heb het nauwelijks gemist. Het fietsverbod was een goede aanleiding om veel te wandelen, soms wel meer dan een uur per dag. Zo werk ik tegenwoordig aan mijn conditie. En ik slaap er goed op.
woensdag 29 januari 2014
Opdrogende lymfebanen
Dat heb ik vandaag geleerd op een voorlichtingsbijeenkomst in het ziekenhuis. De remedie is lymfebanen 'knappen'. Kapot maken dus. Een fysiotherapeut kan dat door erop te drukken. Ik kijk er niet naar uit, maar het schijnt dat het daarna afgelopen is met de pijn. En daar kijk ik wel naar uit. Vrijdag heb ik de eerste afspraak bij een gespecialiseerde fysiotherapeut. Ik ga het meemaken.
De voorlichtingsbijeenkomst ging ook over lymfoedeem: vochtophoping in de arm als gevolg van okselklierverwijdering. Met een borstsparende operatie gevolgd door bestraling is de kans daarop 15 procent. Niet zoveel, maar genoeg om de leefregels te volgen die de kans erop verkleinen. Daar hoort bij dat ik wondjes aan mijn rechterarm goed moet desinfecteren, bij kou handschoenen moet dragen en bij de eerste tekenen van vochtophoping mijn arm rust moet geven op een stapel kussens, zodat ie hoger ligt dan mijn schouder. Ook moet ik extreme warmte en extreme kou vermijden. Saunabezoek wordt het eerste jaar afgeraden. Is het niet mijn geopereerde borst die me uit de sauna weghoudt, is het mijn verbouwde lymfestelsel dat me weerhoudt. Jammer maar helaas.
Morgen is de enige dag deze week zonder (para)medische afspraak. Misschien ook wel een dag zonder bericht van Ginger. Vrijdag heb ik hopelijk weer genoeg te vertellen over geknapte lymfebanen en een rechterarm die weer net zo soepel is als de linker.
dinsdag 28 januari 2014
Volgende fase: bestralen
Dan de ruggenwervel. Die krijgt een veel hogere dosis dan de borst en daarom minder bestralingen, waarschijnlijk drie. Het bot kan die hoge dosis hebben. Nieuw is dat ik voor die actie naar het VU-ziekenhuis ga, omdat het ziekenhuis waar ik voor radiotherapie kom weinig ervaring heeft met ruggenwervels. In Amsterdam krijg ik nog een aparte intake.
De sessies gaan over een week of drie beginnen. Ik kan mijn arm nog niet ver genoeg boven mijn hoofd strekken om de juiste houding aan te nemen, dus daar moet ik nog aan werken. Vrijdag krijg ik daar hulp bij van een fysiotherapeut. Ik heb twee weken de tijd tot de volgende afspraak met de bestralingsarts. En een week daarna kan de volgende fase van start gaan.
Eerst mag ik nog even bijkomen van mijn ontsteking, die met de dag verder wegtrekt. Vandaag ontving ik nog een leuke verrassing om de goede afloop te vieren. Met deze extra dosis vitaminen moet het lukken om weer snel op krachten te komen!
maandag 27 januari 2014
Op vrije voeten
Ik laat de ziekenhuisperiode achter me. Ik ben er niet zeker van of het wel echt nodig is geweest, maar misschien heeft het erger voorkomen. Ik ga weer verder met opbouwen: een dagelijkse wandeling en dagelijks rust, koken met beleid, boodschappen doen met hulp van een bevriende autobezitter en proberen mijn arm- en schouderoefeningen te doen, ter voorbereiding op de bestralingen. Morgen naar de bestralingsarts. Voorlopig blijft het ziekenhuis me meer vertrouwd dan me lief is.
zondag 26 januari 2014
Naar huis!
zaterdag 25 januari 2014
Nog een dag
vrijdag 24 januari 2014
Niet naar huis!
donderdag 23 januari 2014
Naar huis?
Morgen wordt mijn ontslagdag, hoogstwaarschijnlijk. De rode plek is verder teruggetrokken en dat is waar het om gaat. De kuur slaat dus aan en dat betekent dat ik na nog een nachtje infuus naar huis mag met pillen met dezelfde werkzame stof. Ik zie het terugtrekken niet heel snel gaan en ook de dikke bult neemt nauwelijks af. Volgens de dokter heeft dat nog meer tijd nodig. Het belangrijkste is nu dat de roodheid afneemt. Morgenochtend kijkt de dokter nog een keer en spreekt dan het verlossende woord.
Ik verlang naar de vrijheid om te gaan waar ik wil zonder mijn infuuspaal met me mee te moeten rijden en te moeten speuren naar een stopcontact. Naar een wandeling in de frisse lucht. Naar mijn eigen bed met mijn eigen lief. Naar mijn kinderen om me heen. Naar huis.
woensdag 22 januari 2014
Lijdzaam verzet
Ik heb me nog niet verveeld. Ik krijg veel sms'jes, whatsappjes, mailtjes en bezoek. Bezoek kan de hele dag komen, omdat ik met mijn infuus een zitje in de gang of de huiskamer mag opzoeken. Zo kan ik ook meer dan twee personen tegelijk ontvangen. Vanmiddag zelfs zeven tegelijk!
Mijn kamergenoten hebben allemaal iets in het maag-, lever- en darmgebied, maar dat stoort me niet. Ze zijn rustig, stabiel en ze blijven alledrie nog een nachtje. Dat belooft weer een rustige nacht te worden, ook al zo'n ziekenhuisonderwerp. Heb je goed geslapen? Ja, van tien tot kwart voor acht!
Het effect van de behandeling is nog een open vraag. Dokter B dacht vanmorgen al wat vooruitgang te zien. Rocky zag er vanmiddag nog niet zoveel van. Ik voel de bult ook nog niet dunner worden. Geduld is een schone zaak.
dinsdag 21 januari 2014
Terug in het ziekenhuis
Er moest iets gebeuren, dat wist ik wel toen ik met Rocky naar het ziekenhuis ging vanmiddag. De ontsteking breidde zich alleen maar uit: een groter gebied werd roder, dikker en ook iets pijnlijker. Ik voel me dan wel steeds fitter, ik heb zin om op te bouwen, maar die bult is niet te negeren. Alleen al tijdens een wandeling zit ie me dwars omdat ik me een michelinmannetje voel.
In de spreekkamer van dokter B komt eerst de weekenddokter binnen, het jonge ding dat me afgelopen zaterdag nieuwe antibiotica heeft gegeven, die ik stiekem maar één dag heb geslikt. Zondag bleek de plek namelijk nog roder te zijn geworden, dus ik had snel teruggegrepen op mijn oude pillen. Tevergeefs. Het jonge ding gaf niet zoveel om mijn eigengereidheid. Ze zag dat de plek groter was geworden en haalde dokter B erbij. Die wilde eerst maar eens prikken, om te kijken of er veel vocht en misschien ook pus achter zat. Met een prikje dat ik niet voelde zat ze al in de bult. Er liep een klein beetje helder wondvocht in het buisje, in totaal zo'n 30 cc. Geen pus en dat was een goed teken. Toch wilde ze me aan het infuus hebben, omdat bij een nieuwe pillenkuur ook het risico bestaat dat die niet werkt, de ontsteking de kans gevend zich nóg verder uit te breiden. En dat terwijl ik vrijdag een afspraak met de bestralingsarts heb staan.
Er zat weinig anders op. Thuis pakte ik mijn koffertje weer in, we wachtten even tot César thuis was om het hem te vertellen en daar gingen we weer. Nu lig ik weer in een vierpersoonskamer, maar dit keer niet met soortgenoten. Ik mag lopen, maar mijn infuus begint alarmerend te piepen als ik de stekker eruit trek. Ik moet op de gang dus meteen op zoek naar een stopcontact. Twee dagen moet ik blijven, misschien nog een dag langer. Maar dan is het ook klaar. Mocht dit middeltje niet werken, dan is er nog een laatste, zekere remedie. Mijn wondvocht staat inmiddels op kweek om de boosdoener te identificeren. Als die over een paar dagen bekend is, kan hierop een gericht antibioticum worden ingezet. Ik kom dus hoe dan ook beter het ziekenhuis uit dan ik erin ging. Is het niet donderdag, dan wel vrijdag.
maandag 20 januari 2014
Lunchwandeling
zondag 19 januari 2014
Vooruitgang
Ondertussen kijk ik naar wat wel herstelt. Vorige week heb ik mijn haar laten knippen. De kapster ontdekte een dikke laag nieuwe haren onder mijn oude haren. Ze waren nog niet lang genoeg om er een leuk kapsel van te maken, maar dat gaat niet lang meer duren.
Ook waar ik ze liever niet had, zijn haren weer voorzichtig aan het groeien. Ergens ben ik er wel blij mee, ik word langzaam weer de oude. Waar ze het laatst verdwenen, komen ze nog het minst terug; wimpers en wenkbrauwen zijn nog erg dun.
Ik kan maar niet uit over die gespaarde borst. Ik kan het litteken zonder leesbril amper onderscheiden. Alsof je langs een doornstruik bent gelopen, zei Rocky. Drie hoeraatjes voor dokter B.
En ik scharrel thuis al aardig rond. Vandaag wat verder gewandeld met mijn arm meezwaaiend, ook dat gaat beter dan vorige week. Morgen weer een stukje verder.
zaterdag 18 januari 2014
Tijd eisende hulp
Ik hoop maar dat het de moeite waard is geweest. Ik weet wel dat ik de volgende keer langer wacht voordat ik bel met de tijd eisende hulp.
donderdag 16 januari 2014
Oefenen voor de magnetron
woensdag 15 januari 2014
Snijranden en klieren schoon
dinsdag 14 januari 2014
Soms zit het tegen
Een verpleegkundige keek naar mijn oksel en vond het vocht wel meevallen. Ze zag wel wat roodheid in de oksel en legde een verband met de 38 graden die ik die ochtend had gemeten. Waarschijnlijk een ontsteking. Ze haalde voor de zekerheid dokter B er nog even bij, die hetzelfde zei. Geen vocht aftappen dus, maar antibiotica. Jammer, ik had graag de onmiddellijke verlichting van een minder dikke arm willen voelen. Maar daar zat de oplossing dus niet in. Nu maar afwachten of de kuur aanslaat.
maandag 13 januari 2014
Dag alien
Eenmaal thuis bleek het wondvocht toch nog een weg naar buiten te hebben gevonden, dus ik plakte voor het eerst van mijn leven een damesverbandje in mijn bh. Toch nog een beetje wereldvreemd. Het bleek maar één keer nodig te zijn, want de wond is inmiddels dicht. En dat voel ik. Het lijkt alsof ik een T-shirt met een veel krap mouwtje aan heb. Het vocht moet zijn weg weer vinden in het lichaam, zoiets zei de chirurg. Misschien moet er nog een keer vocht worden afgetapt, maar dat zal waarschijnlijk niet al morgen zijn. En woensdag zie ik al mijn eigen chirurg voor de uitslag van het weefselonderzoek en voor een controle van het operatiegebied, dat er vandaag in ieder geval goed uitzag.
's Middags maakte ik alleen een wandelingetje. Bij gebrek aan een wandelpartner die mijn hand in zijn arm klemde, hield ik met mijn linkerhand de rechter voor mijn borst vast. Nanu nanu.
zondag 12 januari 2014
Bewegen geeft moed
De drain liep gisteren een stuk minder, vannacht weer iets meer. Voor maandag heb ik een afspraak staan om de drain te laten verwijderen. Hopelijk ben ik dan echt van alle slangetjes verlost.
zaterdag 11 januari 2014
Een oefening in schouders ophalen
Dit is één van die zeldzame onderdelen van mijn behandeling die ik heb onderschat. In het ziekenhuis viel het bijkomen van de narcose me al zwaar, thuis is het vooral het ongemak rond mijn oksel dat me beperkt. In het ziekenhuis had ik twee soorten pijnstillers, nu alleen nog maar (vier keer twee) paracetamol. En ik heb ze nodig ook. Vandaag heb ik voor de zekerheid maar even gebeld naar het ziekenhuis of het normaal is dat de plek rondom de snee nu meer pijn doet en beurs voelt. Ja dus. Geen wonder. De wond ziet er mooi uit en de pleister is vermomd als een plakbandje, maar het is wel een snee van voor tot achter. Hoe dokter B daarachter de boel heeft opgeruimd, kan ik alleen maar raden, maar een operatie van twee uur moet natuurlijk wel ergens voelbaar zijn. In mijn borst in ieder geval niet.
De drain is een paar centimeter onder de okselsnee onderhuids bevestigd. Het wondvocht loopt nog steeds, maar wel minder dan gisteren. De drain is bedoeld om mijn lichaam te helpen het wondvocht kwijt te raken. Zonder drain zou er evenveel wondvocht ontstaan, maar zou mijn lichaam het zelf moeten verstouwen. Nu al voelt mijn rechterhand soms dik, dus ik ben blij met zo'n drain die het teveel aan vocht netjes afvoert. Ik moet mijn rechterarm zoveel mogelijk op een kussen laten rusten net iets hoger dan mijn schouder. Ik volg alles braaf op, ook de voorgeschreven workout: vijf keer naar links en rechts kijken, vijf keer een vuist maken met als topprestatie vijf keer mijn schouders ophalen. Dat laatste gaat me nog het slechtste af, zowel letterlijk als figuurlijk.
En Rocky heeft het er maar druk mee. Helpen de pleister op de drain te vervangen (de andere pleisters blijven een week zitten), een extra drainpotje halen bij het ziekenhuis, thee zetten, mij toedekken 's nachts, in de buurt blijven als ik onder de douche sta, mijn verwondering aanhoren over mijn beperkingen en alles wat er normaal moet gebeuren in het weekend. Terwijl ik met mijn arm op een kussen zit te niksen.
Ik zal vanavond het schouders ophalen extra aandacht geven. Wie weet lukt het zo om toch zoveel mogelijk van me te laten afglijden.
vrijdag 10 januari 2014
Weer thuis
De volgende ochtend kon ik niet wachten tot het ontbijt en de artsen kwamen. De vorige dag ging het in die volgorde en nu weer. De drain had weer aardig gelopen, maar mijn bloeddruk was opgeklommen tot 102/62, hoog voor mijn doen, dus daar kon het niet aan liggen. En inderdaad, deze arts vond dat ik naar huis mocht met drain. Overleg met mijn eigen chirurg was niet nodig omdat er deze keer een arts bij was die ook bij de operatie aanwezig was. Ik herinnerde me er niets van en ik begreep ook niet wat dat ermee te maken had, naar ik was allang blij dat ik ertussenuit kon piepen. Ik kreeg voorlichting over wondverzorging, het vervangen van de drain, over bewegingen die ik wel en niet mag maken en ik kon gaan. Eerst nog even wassen en aankleden. Rocky kwam met een rolstoel en hij pakte mijn koffer in. Ik nam afscheid van mijn buurvrouw en liet me de lift in rijden.
Nu lig ik thuis in bed. Ik ben er nog lang niet en het irriteert me dat ik zoveel aan Rocky moet overlaten. Ik voel dat ik nog niet veel kan hebben. Laat mij hier maar rustig liggen. En laat deze weken maar snel voorbij gaan.
donderdag 9 januari 2014
Operatie geslaagd (2)
De dag van de operatie begon vroeg. Kwart over zes stond de wekker en om vijf voor half zeven zat ik achter twee beschuitjes. Om half zeven had ik ze op en mocht ik alleen nog maar heldere dranken, zoals een kopje koffie. Om half acht kuste ik mijn man en kinderen en liep ik met mijn rolkoffertje naar de bus. Die zou er 22 minuten over doen naar het ziekenhuis, maar ergens ging er iets mis, want het werd twee keer zo lang. De afspraak om kwart over acht op de verpleegafdeling sloeg ik over, ik liep meteen door naar de echo. Daar kwam Rocky ook al binnenwandelen. Die had per fiets nog even César en zijn fietsmaatje op weg geholpen naar school. Rocky bracht mijn rolkoffer naar de verpleegafdeling en ondertussen werd ik opgeroepen voor een röntgenfoto. Daarmee werd de coil (zo heet het wokkeltje in mijn borst officieel) gelokaliseerd. Ik mocht weer terug naar de wachtkamer, waar Rocky inmiddels ook weer was. Een kwartiertje later mocht ik de echokamer in voor het inbrengen van een ijzerdraad die naar de coil toe zou leiden. Rocky mocht mee. Zo hadden we al eens vaker gezeten, op de dag van de diagnose en bij het inbrengen van de coil. De tumor van vier centimeter was toen zelfs voor een leek duidelijk te zien op het scherm. Nu zagen laboranten niets meer. "Het ziet er rustig uit", zei de laborante een beetje verbaasd. Met andere woorden: wat doe je hier? Het was weer een extra bevestiging hoe goed de chemo zijn werk had gedaan. Helaas was de coil via de echo ook niet op te sporen, dus ik moest weer terug naar de röntgen. Daar manoeuvreerden twee lieve laborantes mijn borst tussen twee platen. De ene dame knielde zelfs onder me om de borst nog wat omhoog te duwen. Mijn linkerborst moest ik zelf vasthouden om haar buiten beeld te houden. Toen alles in positie was, kwam de radioloog om de ijzerdraad in te brengen. Ze maakten me meer ongerust over wat ik kon voelen dan dat ik werkelijk iets voelde. De draad van 25 cm stak als een horizontale antenne uit de zijkant van mijn borst. Toen die er eenmaal inzat, moest er nog een foto gemaakt worden om te beoordelen of die goed zat. Toen ook de radioloog tevreden was, mocht ik mijn kleren weer aan en ik kon ik eindelijk zelf naar de afdeling.
We waren ruim op tijd, kregen nog een kopje bouillon en gingen in de huiskamer van de afdeling zitten. Toen we ons om kwart over elf op de verpleegkamer lieten zien, kreeg ik te horen dat ik al eerder op de ok werd verwacht. Het schema was iets ingelopen. Ik deed mijn operatiehemd aan, slikte mijn pijnstillers en ik ging in bed liggen om naar de holding gereden te worden. Rocky ging nog mee in de lift en daar namen we afscheid.
De holding is een soort recovery maar dan vóór de operatie. Het wemelde van de mensen in groene pakken. De ene deed plakkers op mijn lijf om mijn hart in de gaten te houden. Een co-assistent probeerde infuus te prikken, maar kon het vat niet vinden. Ik bibberde inmiddels van de stress of de kou of allebei, dus dat hielp niet mee. Een anesthaesiemedewerkster nam het prikken over, terwijl nummer één me met een warme deken toedekte. Ik was er helemaal klaar voor, alleen dokter B was nog onderweg. Na vijf minuutjes werd ik dan toch naar de ok gereden. Op een klok zag ik nog ergens dat het tien over twaalf was.
In de ok zag ik meteen mijn foto op een scherm staan. Dat was geruststellend. Dokter B nam ook nog met het team en mij door wat ze ging doen. Rechts. Ze had de foto van de ijzerdraad gezien en was erg tevreden. Ik lag inmiddels op de operatietafel, mijn armen wijd uitgespreid in armsteunen. Ik kreeg nog een nieuwe warme deken en ik begon me te concentreren op een leuke gedachte, een kinderfoto van Jane en César. Het wachten was op de anesthaesist. Ik gaf er niet om, maar de anesthaesie-assistent was ongeduldig en begon naar mijn werk te vragen. Hij presteerde het zelfs om te vragen of ik het niet weer zou willen oppakken binnenkort. Gelukkig kwam de anesthaesist snel en kon de assistent me gaan platspuiten. "Welterusten", zei hij. "Welterusten", antwoordde ik, maar ik ontdekte mijn fout nog vóór ik insliep. "We gaan goed voor u zorgen", was het laatste wat ik hoorde.
En dan zit er een hap in de tijd. Ik hoor mijn naam. Iemand zegt dat ik een rode vlek boven mijn borst heb. Vast een allergische reactie op de peister. Ik probeer iets te zeggen. Dat ik me niet kan voorstellen dat het voorbij is. Ik vraag of mijn man is gebeld. Ja. Ik verroer me niet. Iemand vraagt of ik pijn heb. Nee, ik voel niets. Of ik misselijk ben. Nee. Na verloop van tijd nog een keer. Dan voel ik dat ik rechts geopereerd ben maar pijn kan ik het niet noemen. Ik weet dat ik een wond en een drain heb, maar ik voel niets. Ben me ook nauwelijks bewust van de rest van mijn lijf. Alleen mijn hoofd is belangrijk nu. Langzaam begin ik eens wat te bewegen. Tenen, vingers, benen, handen. Dokter B komt ook nog langs en die praat ook alleen maar over de rode vlek. Ik probeer erachter te komen hoe laat het is. Iemand zegt half vier. Dan mag ik terug naar de afdeling. Nog één keer de vraag of ik pijn heb. Ik mag morfine, maar ik weiger. Ze duwen mijn bed weer in de lift, er weer uit, langs de balie, wat ziet alles er anders uit nu. "U zult wel thee lusten." Ik weet het eigenlijk niet. Voel me toch een beetje wee in mijn maag. Maar thee smaakt inderdaad. Een boterham en yoghurt daarna ook. Rocky komt. Hij is kwart voor drie gebeld door dokter B. Alles is goed gegaan. De Rotterse klieren hoefden er niet uit. Alles heeft twee uur geduurd. Ik ben nog erg suf. Ik heb hulp nodig om naar de wc te gaan en moet daarna weer bijkomen. Dokter B komt langs mijn bed. Ze kijkt naar de wonden en is tevreden. Op mijn borst zit een kleine, doorzichtige pleister. Valt me alles mee. Ook in mijn oksel geen verband. 's Avonds komt Rocky weer terug met de kinderen. Dan gaat het al wat beter. Ik mag een knuffelsneeuwpop van César lenen. Het is fijn om Jane en César te spreken. Jane vraagt wat ik nou eigenlijk voel: alsof ik gesport heb of alsof ik heel moe ben? Maar die narcose-nawerking kan ik niet goed ergens mee vergelijken. Ik voel me langzaam en zwaar. En zwak.
woensdag 8 januari 2014
Rust
Het gaat goed, maar geen puf voor bloggen. Paar feitjes: kleine pleister, pijnstilling met Paracetamol pilletje en diclofenac pilletje, muziek luisteren met koptelefoon, nu alweer blogmoe. Tot morgen!
Operatie geslaagd
dinsdag 7 januari 2014
Laatste keer succeswensen krijgen
Vanaf het moment dat ik mijn operatietijd weet, begin ik slappe knieën te krijgen. Vanmiddag om twee uur werd ik gebeld. De bos bloemen van mijn oud-collega's was toen al bezorgd en de sms'jes, whatsappjes, telefoontjes en mailtjes blijven binnenstromen. Daar word ik nòg weker van. Humor houdt me nog het best overeind. Iemand wenst me heel lief en serieus toe dat er niets schadelijks meer gevonden wordt. "Geen bom uit de Tweede Wereldoorlog ofzo", flapt Rocky eruit. Dan schiet ik in de lach om niet meer op te houden.
De operatie begint om half één morgenmiddag. Om kwart over acht moet ik me al melden op de afdeling in het ziekenhuis. Om half negen krijg in een draadje ingebracht op de plek waar de tumor heeft gezeten en waar nu alleen nog een kunstmatig wokkeltje zit, dat ooit het midden van de tumor markeerde. De chirurg heeft het draadje nodig om de juiste plaats van de operatie te bepalen. Ik stel me voor dat ze ongeveer een bitterkoekje gaat weghalen. Of een röstirondje. Een sjoelschijf. Of toch een damsteen? Dat kan ik nèt hebben met mijn cupmaat. Verder gaat ze alle okselklieren rechts weghalen. En misschien ook de Rotterse klieren, die tussen de borstspieren liggen. Ik zal er niets van merken, want volgens planning ga ik ruim 100 minuten onder zeil.
Ik heb de tip gekregen aan iets leuks te denken bij het inslapen, zodat ik met die gedachte ook weer wakker word. Talloze gedachten strijden nu om de eer om de laatste gedachte te worden. Ik ga er vanavond in mijn eigen bed maar alvast één uitproberen. Een vakantieherinnering? De kring van mensen om me heen? Onze trouwdag? Te veel om uit te kiezen.
maandag 6 januari 2014
Laatste keer witte chocolademousse
Waar ik het meest tegenop zie is weer te moeten terugschakelen, nadat ik net weer op stoom was gekomen. Een mixer vasthouden is straks al te veel. Daarom vandaag voor het laatst één van onze favoriete toetjes: witte chocolademousse. Zo maken we er maar weer een feestje van.
zondag 5 januari 2014
Laatste keer fitness
Wat kun je doen binnen die beperkingen? Een boek lezen. Tv-kijken. En wandeling maken. Misschien wel een vakantie voorbereiden. We zijn druk aan het fantaseren en lezen over Schotland; uitzoeken welke leuke campings met trekkershutten dichtbij een station liggen is nog een flinke klus. Daar heb ik straks wel tijd voor, maar kan dat wel zonder mijn rechterarm te belasten?
Vanmorgen ben ik voor de laatste keer naar fitness geweest. Met 1800 meter in 12 minuten op de loopband verliet ik het circuit. Mijn abonnement wordt opgeschort voor zes weken. Op 19 februari zijn de zes weken voorbij. In die tijd kan het sneeuwen, vriezen en ijzelen. Rocky is de fietsen winterklaar aan het maken. De mijne kan hij overslaan. Ik kan er nog niet over uit. Nu naar de stad om bh's zonder beugel met voorsluiting en een nachthemd met knoopjes te kopen. Zo ver kan ik nog nadenken. Er zal genoeg overblijven waar ik straks hulp bij nodig heb. Ik hoop dat het over is voordat ik eraan gewend raak.
vrijdag 3 januari 2014
Nog vier normale dagen
Ik heb ook gevraagd of ik het vooraf rustigaan moet doen met bewegen, om mijn krachten te sparen. Maar nee, blijven bewegen is goed en zal me helpen me beter te voelen. De regel is: alles waar je energie van krijgt is goed. Vanmiddag is dat een rondje schaatsen op een klein baantje hier in de buurt. En nog even genieten van fietsen, voordat de verplichte rust intreedt.