vrijdag 10 oktober 2014

Normaal leven

Het gaat allemaal zo snel. Vandaag had ik mij driewekelijkse herceptinprik en het leek alsof ik die vorige week nog had gehad. Een ouderwetse vrijdag. Vorig jaar moest ik in deze periode iedere vrijdag opdraven voor chemo's, nu is de vrijdag weer een werkdag, waarop ik blij ben dat het bijna weekend is. Ik werk inmiddels halve dagen. Mijn arbeidsdeskundige matst me met een gunstig afbouwschema van mijn uitkering, die formeel ophoudt wanneer ik meer dan 55 procent werk. Eind november stopt mijn uitkering volledig en gelukkig stroomt het werk inmiddels naar me toe. Het normale leven begint zich alweer af te tekenen. Ik heb afscheid genomen van de fysio en ga ook mijn coach voortijdig vaarwel zeggen. Ik red het wel weer alleen.
Ondertussen zit ik wel veel vaker in een ziekenhuis dan me lief is. Iedere keer is er één te veel. Vorige week voor de ejectiefractiebepaling: 57 procent. Iets minder dan die was, maar zolang die niet onder de 50 zakt, gaat de herceptin gewoon door. Vorige week zat ik ook bij dokter T, die me zowaar nog iets nieuws vertelde. Iedere drie maanden wordt mijn bloed onderzocht op een tumormarker. Dat is een eiwit, die kán duiden op kanker, maar ook gezonde mensen hebben dit eiwit in het bloed. Toen ik pas de diagnose had, was de tumormarker sterk verhoogd, na de chemo's was die veel lager. Dat wist ik al. Nieuw voor mij was dat de tumormarker nog steeds aan het dalen was en nu op een normaal niveau zit: 26. Ook nieuw voor mij was dat deze reactie van de tumormarker op mijn behandeling (herceptin en hormoontherapie) maakt dat bloedonderzoek ook in de toekomst een goede manier is om te monitoren. Dankzij de goede ractie op behandeling staat vast dat deze tumormarker inderdaad samenhangt met tumorgroei. Tumorverdwijning in mijn geval.
Eind november ga ik weer in de mri-scan om de miniscule plekjes in mijn wervels te bekijken. Dokter T hecht er "weinig betekenis" aan, zo zei hij. Als de plekjes straks weer gelijk zijn gebleven, hoef ik voorlopig niet terug voor een mri. Mooi zo.
En omdat dit blog over ziekte ging, zal ik kort stilstaan bij de restverschijnselen. Opvliegers en nachtzweten beginnen te wennen. Mijn haar is een explosie van golven. Afknippen durf ik niet, bang dat het dan nog meer overeind gaat staan. Jeuk en gevoelloosheid gaan gek genoeg samen in mijn okselstreek. Als ik spuit met deo krijg ik rechts niet dat koele gevoel dat ik links wel heb. Eigenlijk lijkt het alsof ik misspuit. Mijn rechterschouder is minder beweeglijk dan de linker, een gevolg van de bestraling. En bij sommige fitnessoefeningen voel ik ook de bestraalde ruggenwervel. Het was voorspeld, dat die gevoeliger kon worden. Nu weet ik eindelijk precies waar die zit.